Vlaanderen helpt steeds meer langdurig zieken aan werk

Het aantal arbeidsongeschikte personen die in een traject naar werk stappen, gaat in stijgende lijn. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams Parlementslid Axel Ronse opvroeg bij Vlaams minister van Werk Philippe Muyters. “Vorig jaar begonnen in totaal 3672 langdurig zieken met een traject naar werk. Dit jaar zullen dat er waarschijnlijk meer zijn, want eind juni bleken er al 2199 mensen in zo'n traject gestapt. Ik verwacht dan ook dat de kaap van 3672 – het cijfer van 2016 – snel wordt gerond.”

Sinds 2012 werken de VDAB, de GTB (gespecialiseerde dienst voor trajectbepaling en -begeleiding van mensen met een arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen), de ziekenfondsen en het RIZIV samen om langdurig zieken op te volgen en - indien mogelijk - naar een job te begeleiden. Een traject naar werk begint bij het ziekenfonds en de arts die je dossier opvolgt. Na grondig onderzoek bepaalt die arts of je opnieuw aan de slag kan. In dat geval ondertekent hij een aanmeldingsformulier, wat recht geeft op begeleiding bij de VDAB. Ook de ziekenfondsen maken deel uit van het traject en leveren informatie aan de VDAB.

Bij de VDAB start men een begeleidings- of opleidingstraject afhankelijk van je persoonlijke situatie. Ongeveer zestig procent start een basistraject, veertig procent een opleidingstraject. “Die trajecten zijn erg succesvol: 42 procent van de deelnemers vindt een job na zo’n traject. In 2016 was dat 39,5 procent”, aldus Ronse.

Nieuw loopbaanperspectief

Het is niet eenvoudig om mensen na een ziekte terug een loopbaanperspectief te bieden, hoewel veel langdurig zieken het beu zijn om thuis te zitten. Zij willen terug aan de slag. “Sinds de versterkte samenwerking tussen de ziekenfondsen, het RIZIV en de VDAB spelen de diensten korter op de bal en is er ook een snellere doorverwijzing, met duidelijke positieve resultaten tot gevolg”, besluit Ronse.